In groep 3 leert je kind op school voor het eerst lezen en schrijven. Ook de eerste rekenvaardigheden worden bijgebracht. Met Okki oefent je kind ook thuis op een leuke manier lezen, schrijven en rekenen. De opdrachten, werkbladen en knutselopdrachten spelen in op de belevingswereld van jouw kind. Humor, dieren en fantasie staan centraal.
Lezen
Een kind in groep 3 leert één letter per week. Op sommige scholen zelfs één letter per dag. Al snel kan je kind ook woorden met drie letters lezen. Tweeklanken zoals ie, ij en au, leert je kind als combinatie en niet als twee klinkers die aan elkaar geplakt zijn. Ze worden eigenlijk dus gezien als één letter. Het lezen van deze klinkers is makkelijker dan het zelf schrijven. Hoe weet je bijvoorbeeld of je een au schrijft en niet een ou? Kinderen leren dit vooral door dit soort woorden veel te zien en gebruik te maken van ezelsbruggetjes als: Adje Au’ en ‘Otje Ou’.
Met Okki leert jouw kind spelenderwijs lezen met leuke oefeningen, grappige weetjes en knutselopdrachten. Met de (voorlees)verhalen wakkert Okki de nieuwsgierigheid van jouw kind aan…alle kinderen willen immers graag weten hoe een verhaal verder gaat. En Okki maakt lezen nu nog leuker met het speciale Dolfje & Foeksia leeskatern.
Schrijven
De schrijfletter wordt soms pas later geleerd dan de leesletter. Het kan daarom zijn dat je kind een letter al wel kan lezen, maar nog niet zelf kan schrijven. Schrijven is belangrijk voor de ontwikkeling van de fijne motoriek. Maak je geen zorgen als het handschrift van je kind nog nergens op lijkt: pas aan het eind van groep 3 zijn kinderen motorisch ver genoeg ontwikkeld om echt te leren schrijven.
In Okki staan veel puzzels waarmee je de letters van school op een leuke manier thuis nog eens extra kunt oefenen. Je kind laat vast graag trots zien wat het al kan. Zijn sommige puzzels nu nog wat te moeilijk voor je kind? Lees dan de opdracht voor en kijk of je er samen uitkomt.
Rekenen
Rekenen begint in groep 3 met tellen tot 20. Misschien zegt jouw kind de getallenrij van 1 tot en met 20 al moeiteloos op. Maar begrijpt je kind ook écht wat een getal betekent? Is het duidelijk dat 8 groter is dan 6? In groep 3 wordt aan dit getalbegrip gewerkt. Bijvoorbeeld door tegelijkertijd iets aan te wijzen en te tellen.
Getalbegrip is nodig om uiteindelijk sommen te kunnen maken. Het begrijpen waar een getal thuishoort op een getallenlijn is hierbij een belangrijke oefening. Je kind heeft de getallenlijn van 1 tot en met 10 nu onder de knie. Op school gaan ze nu aan de slag met sprongen van 2, 5 en 10. Dit is de benodigde basis om uiteindelijk te kunnen vermenigvuldigen.
Rekenen bestaat niet alleen uit optellen en aftrekken. Kinderen in groep 3 zijn ook bezig met woorden als groot-groter-grootst en veel-minder-weinig. Je kunt deze rekentaal ook eenvoudig thuis oefenen. Zet kinderen naast elkaar. Wie is er groter? Of geef je kind twee koekjes en neem er zelf ook twee. Hebben wij evenveel koekjes?
Ga aan de slag met de werkbladen in Okki en voordat je het weet is jouw kind snel-sneller- snelst!
